Die Wilhelmus is die volkslied van Nederland Dit bestaan uit 15 koeplette wat n vorm in die ou variant het die eerste letters van die 15 koeplette die naam Willem van Nassov gevorm Die eerste koeplet word gereeld gesing soms gevolg deur die sesde wat in die Tweede Wereldoorlog baie populer was Die lied is ook in die Suidelike Nederlande gewild Dit word daar gereeld gehoor by n Die Wilhelmus is die amptelike Nederlandse volkslied sedert 10 Mei 1932 daarvoor was dit Die Wilhelmus is inhoudelik geskryf as n lied wat deur Willem van Oranje gesing sou word maar nie noodwendig deur hom gesing is nie dit weerspieel sy tweestryd gedurende die Opstand in die Nederlande Aan die een kant probeer Willem van Oranje om trou te wees aan die Spaanse koning aan die ander kant is hy bo alles trou aan die Nederlandse volk Die herkoms van die teks is nog steeds nie duidelik nie Die Wilhelmus is n geuzelied en de meeste hiervan is anoniem vir die skryf van opstandige liedere was destyds die doodstraf beveel Sedert die begin van die 17e eeu is daar geskrifte wat vermeld dat dit geskryf is deur tussen 1570 en 1572 Daar is egter gegronde redes om te twyfel aan sy outeurskap Dit is moontlik dat die Wilhelmus oorspronklik in Duits geskryf was deur vlugtelinge vanuit die Nederlande wat met die lied Duitse vorste vir die Nederlandse saak probeer wen het Ander se weer dat dit deur geskryf was Die wysie is afkomstig van n ou Franse soldatelied n Teorie waarmee ook rekening gehou word is dat dit deur n onbekende digter geskryf was en dat dit daarna deur Marnix van St Aldegonde bewerk is Wat die datum aanbetref word daarvan uitgegaan dat dit na Mei 1568 geskryf is aangesien die trek langs die Maas in die lied vermeld word asook voor April 1572 aangesien dit wil lyk asof die verowering van Den Briel in die lied onbekend is Die Wilhelmus is derhalwe die oudste Nederlandse volkslied wat nog in gebruik is Die teksDie teks van die Wilhelmus is geskryf in ou Nederlands Die huidige volkslied gebruik n moderne spelling maar gebruik die oorspronklike sinsbou Aanpassing hiervan is nie goed moontlik binne die wysie nie Opvallend is die gebruik van datiewe naamvalle en verbuigings soos den vaderland getrouwe trou aan die vaderland wat in moderne Nederlands en Afrikaans nie meer voorkom nie Huidige teks Oorspronklike teks Eerste koeplet Wilhelmus van Nassouwe ben ik van Duitsen bloed den vaderland getrouwe blijf ik tot in den dood Een Prinse van Oranje ben ik vrij onverveerd den Koning van Hispanje heb ik altijd geeerd Tweede koeplet In Godes vrees te leven heb ik altijd betracht daarom ben ik verdreven om land om luid gebracht Maar God zal mij regeren als een goed instrument dat ik zal wederkeren in mijnen regiment Derde koeplet Lijdt u mijn onderzaten die oprecht zijt van aard God zal u niet verlaten al zijt gij nu bezwaard Die vroom begeert te leven bidt God nacht ende dag dat Hij mij kracht zal geven dat ik u helpen mag Vierde koeplet Lijf en goed al te samen heb ik u niet verschoond mijn broeders hoog van namen hebben t u ook vertoond Graaf Adolf is gebleven in Friesland in den slag zijn ziel in t eeuwig leven verwacht den jongsten dag Vyfde koeplet Edel en hooggeboren van keizerlijken stam een vorst des rijks verkoren als een vroom christenman voor Godes woord geprezen heb ik vrij onversaagd als een held zonder vreden mijn edel bloed gewaagd Sesde koeplet Mijn schild ende betrouwen zijt Gij o God mijn Heer op U zo wil ik bouwen Verlaat mij nimmermeer Dat ik doch vroom mag blijven uw dienaar t aller stond de tirannie verdrijven die mij mijn hart doorwondt Sevende koeplet Van al die mij bezwaren en mijn vervolgers zijn mijn God wil doch bewaren den trouwen dienaar dijn dat zij mij niet verrassen in hunnen bozen moed hun handen niet en wassen in mijn onschuldig bloed Agtste koeplet Als David moeste vluchten voor Sauel den tiran zo heb ik moeten zuchten als menig edelman Maar God heeft hem verheven verlost uit alder nood een koninkrijk gegeven in Israel zeer groot Neende koeplet Na t zuur zal ik ontvangen van God mijn Heer dat zoet daarna zo doet verlangen mijn vorstelijk gemoed dat is dat ik mag sterven met eren in dat veld een eeuwig rijk verwerven als een getrouwen held Tiende koeplet Niet doet mij meer erbarmen in mijnen wederspoed dan dat men ziet verarmen des Konings landen goed Dat u de Spanjaards krenken o edel Neerland zoet als ik daaraan gedenke mijn edel hart dat bloedt Elfde koeplet Als een prins opgezeten met mijner heires kracht van den tiran vermeten heb ik den slag verwacht die bij Maastricht begraven bevreesde mijn geweld mijn ruiters zag men draven zeer moedig door dat veld Twaalfde koeplet Zo het den wil des Heren op dien tijd had geweest had ik geern willen keren van u dit zwaar tempeest Maar de Heer van hierboven die alle ding regeert die men altijd moet loven en heeft het niet begeerd Dertiende koeplet Zeer christlijk was gedreven mijn prinselijk gemoed standvastig is gebleven mijn hart in tegenspoed Den Heer heb ik gebeden uit mijnes harten grond dat Hij mijn zaak wil redden mijn onschuld maken kond Veertiende koeplet Oorlof mijn arme schapen die zijt in groten nood uw herder zal niet slapen al zijt gij nu verstrooid Tot God wilt u begeven zijn heilzaam woord neemt aan als vrome christen leven t zal hier haast zijn gedaan Vyftiende koeplet Voor God wil ik belijden en zijner groten macht dat ik tot genen tijden den Koning heb veracht dan dat ik God den Heere der hoogsten Majesteit heb moeten obedieren in der gerechtigheid Eerste koeplet Wilhelmus van Nassouwe Ben ick van Duytschen bloet Den Vaderlant getrouwe Blyf ick tot in den doet Een Prince van Oraengien Ben ick vrij onverveert Den Coninck van Hispaengien Heb ick altijt gheeert Tweede koeplet In Godes vrees te leven Heb ick altyt betracht Daerom ben ick verdreven Om Landt om Luyd ghebracht Maer God sal mij regeren Als een goet Instrument Dat ick zal wederkeeren In mijnen Regiment Derde koeplet Lydt u myn Ondersaten Die oprecht zyn van aert Godt sal u niet verlaten Al zijt ghy nu beswaert Die vroom begheert te leven Bidt Godt nacht ende dach Dat hy my cracht wil gheven Dat ick u helpen mach Vierde koeplet Lyf en goet al te samen Heb ick u niet verschoont Mijn broeders hooch van Namen Hebbent u oock vertoont Graef Adolff is ghebleven In Vriesland in den slaech Syn Siel int ewich Leven Verwacht den Jongsten dach Vyfde koeplet Edel en Hooch gheboren Van Keyserlicken Stam Een Vorst des Rijcks vercoren Als een vroom Christen man Voor Godes Woort ghepreesen Heb ick vrij onversaecht Als een Helt sonder vreesen Mijn edel bloet ghewaecht Sesde koeplet Mijn Schilt ende betrouwen Sijt ghy o Godt mijn Heer Op u soo wil ick bouwen Verlaet mij nimmermeer Dat ick doch vroom mach blijven V dienaer taller stondt Die Tyranny verdrijven Die my mijn hert doorwondt Sevende koeplet Van al die my beswaren End mijn Vervolghers zijn Mijn Godt wilt doch bewaren Den trouwen dienaer dijn Dat sy my niet verrasschen In haren boosen moet Haer handen niet en wasschen In mijn onschuldich bloet Agste koeplet Als David moeste vluchten Voor Saul den Tyran Soo heb ick moeten suchten Met menich Edelman Maer Godt heeft hem verheven Verlost uit alder noot Een Coninckrijk ghegheven In Israel seer groot Neende koeplet Na tsuer sal ick ontfanghen Van Godt mijn Heer dat soet Daer na so doet verlanghen Mijn Vorstelick ghemoet Dat is dat ick mach sterven Met eeren in dat Velt Een eewich Rijck verwerven Als een ghetrouwe Helt Tiende koeplet Niet doet my meer erbarmen In mijnen wederspoet Dan dat men siet verarmen Des Conincks Landen goet Dat v de Spaengiaerts crencken O Edel Neerlandt soet Als ick daer aen ghedencke Mijn Edel hert dat bloet Elfde koeplet Als een Prins op gheseten Met mijner Heyres cracht Van den Tyran vermeten Heb ick den Slach verwacht Die by Maestricht begraven Bevreesde mijn ghewelt Mijn ruyters sach men draven Seer moedich door dat Velt Twaalfde koeplet Soo het den wille des Heeren Op die tyt had gheweest Had ick gheern willen keeren Van v dit swaer tempeest Maer de Heer van hier boven Die alle dinck regeert Diemen altijd moet loven En heeftet niet begheert Dertiende koeplet Seer Prinslick was ghedreven Mijn Princelick ghemoet Stantvastich is ghebleven Mijn hert in teghenspoet Den Heer heb ick ghebeden Van mijnes herten gront Dat hy mijn saeck wil reden Mijn onschult doen bekant Veertiende koeplet Oorlof mijn arme Schapen Die zijt in grooten noot V Herder sal niet slapen Al zijt ghy nu verstroyt Tot Godt wilt v begheven Syn heylsaem Woort neemt aen Als vrome Christen leven Tsal hier haest zijn ghedaen Vyftiende koeplet Voor Godt wil ick belijden End zijner grooter Macht Dat ick tot gheenen tijden Den Coninck heb veracht Dan dat ick Godt den Heere Der hoochster Maiesteyt Heb moeten obedieren Inder gherechticheyt Eksterne skakelsdbnl org over die Wilhelmus 14 September 2004 op Wayback Machine MP3 webwerf met inligtinge oor o a die ontstaan van die Wilhelmus, wikipedia, wiki, boek, boeke, biblioteek, artikel, lees, aflaai, gratis, gratis aflaai, mp3, video, mp4, 3gp, jpg, jpeg, gif, png, prentjie, musiek, liedjie, film, boek, speletjie, speletjies, selfoon, telefoon, Android, iOS, Apple, Samsung, iPhone, Xiomi, Xiaomi, Redmi, Honor, Oppo, Nokia, Sonya, MI, PC, Web, Rekenaar